Onlangs heeft de Transitiecoalitie Voedsel aan de vaste Kamercommissie VWS concrete voorstellen gestuurd als reactie op een bericht van de staatssecretaris waarin hij juridische mogelijkheden verkent voor een gezonde voedselomgeving (brief d.d. 4 juni). Hierin zegt hij o.a.: “De individuele consument heeft geen invloed op de inrichting van de omgeving en de samenstelling van het aanbod. Bovenstaande rechtvaardigt stevige inzet van de lokale/en of nationale overheid om de voedselomgeving gezonder te maken”.
Als TcV zijn we blij met de erkenning dat er meer gedaan moet én kan worden om tot een gezondere voedselomgeving te komen en dat hier een duidelijke taak voor de overheid ligt. Immers is de voedselomgeving (aanbod en de promotie van eten en drinken) één van de belangrijkste determinanten (bepalers) van ons eetgedrag en kan het daarmee een gamechanger zijn om naar gezonde eetpatronen te komen. Maar ook om naar duurzame eetpatronen te komen, met als meest impactvolle verandering de eiwittransitie: meer plantaardig en minder dierlijk.
In het kader van ‘first time right’ hebben we er bij de Tweede Kamer op aangedrongen om gezond en duurzaam hand in hand te laten gaan. Daarin past het versnellen van de eiwittransitie. Juist deze transitie draagt bij aan het stimuleren van een eetpatroon dat binnen de Schijf van Vijf past. Enerzijds vanwege onze huidige fikse overconsumptie van vlees, zuivel en eiwitten in het algemeen. En dat binnen het streven naar een eetpatronen met een lagere milieu-impact past. Anderzijds vanwege de verhoudingsgewijs veel grotere impact en groter grondstoffengebruik voor dierlijke t.o.v. plantaardige producten.
Koplopers in de voedseltransitie, zoals de aangesloten partijen bij TcV, zien duurzaam en gezond niet los van elkaar. Want ongezond voedsel is niet duurzaam voor onze gezondheid. En productie die onnodig bijdraagt aan uitputting van grondstoffen en biodiversiteitsverlies, is niet gezond voor onze aarde. Een gezond leven op een gezonde planeet, op macroniveau kan alleen behaald worden als we ook op microniveau, zoals in onze voedselomgeving, zorgen voor duurzaam én gezond.