Skip to main content
NieuwsOpinie

Landbouwsubsidies snel natuurvriendelijk maken

Geschreven door 21 mei 2025No Comments

Rond de internationale dag van de biodiversiteit (22 mei) is de vraag actueel: waarom geven we in Nederland jaarlijks meer dan een miljard euro uit aan landbouw- en voedselsubsidies die de natuur en biodiversiteit ondermijnen? Een goede gelegenheid om deze subsidies te herzien.

Terwijl we ons als land in het kader van het Kunming-Montreal Global Biodiversity Framework (KM – GBF) verplicht hebben om vóór 2030 alle schadelijke subsidies voor biodiversiteit af te bouwen, stijgt dat bedrag alleen maar. Dit heeft een prijs: een versnelde afname van biodiversiteit én een steeds moeilijker speelveld voor boeren die het wél duurzaam willen doen. Ook voor de stabiliteit van het economische en financiële systeem groeien de risico’s, zoals aangegeven door De Nederlandsche Bank en de Europese Centrale Bank.

Volgens een recente analyse door De Natuurverdubbelaars, in opdracht van de Transitiecoalitie Voedsel, is ten minste 1,09 miljard euro per jaar aan landbouw- en voedselsubsidies in Nederland mogelijk schadelijk voor biodiversiteit. Denk aan hectaretoeslagen die grootschaligheid belonen, subsidies die intensieve veehouderij ondersteunen, of promotiecampagnes voor export van landbouwproducten – vaak zonder oog voor de ecologische effecten. Deze subsidies creëren geen eerlijk speelveld. Integendeel: ze stimuleren schaalvergroting, drukken de prijzen, en duwen duurzame koplopers het veld uit. Dit gaat over voornamelijk directe subsidies vanuit landbouw. Er zijn ook nog indirecte en verborgen subsidies waarnaar nader onderzoek loopt.

Tegelijkertijd ontbreekt het aan transparantie. Wie profiteert precies van deze subsidies? En wat is het daadwerkelijke effect op de natuur? Het rapport benadrukt de noodzaak om beter zicht te krijgen op de effecten van subsidies op natuur en biodiversiteit.
En nog zorgwekkender: veel regelingen met een beoogd positief effect – zoals de eco-regeling – blijken in de praktijk nauwelijks effectief. Zo verdwijnt geld dat bedoeld is voor vergroening in een bodemloze put van ongerichte verdeling. Ook is er duidelijk behoefte aan integraliteit van verschillende subsidies zodat ze aansluiten bij meerdere beleidsdoelen en, in het ergste geval, elkaar niet tegenwerken.

Als we deze trend willen keren, moeten de financiële spelregels op de schop. Een herziening van het subsidiebeleid dient positieve prikkels te geven voor natuurvriendelijke landbouw en een langetermijnperspectief te bieden voor (jonge) boeren. De overheid werkt inmiddels aan een methodologie om subsidies te toetsen op biodiversiteitseffecten. Dat is een goede eerste stap. Maar nu moet het vervolg komen: het daadwerkelijk ombuigen van schadelijke regelingen. Richt subsidies niet alleen op techniek en innovatie, maar ook op sociale vernieuwing, lokale ketens, eiwittransitie en natuurvriendelijk bodembeheer. Geef boeren die actief bijdragen aan natuurherstel een voorsprong, geen achterstand.

De keuze is duidelijk: blijven we met belastinggeld de achteruitgang van biodiversiteit versnellen – of gebruiken we datzelfde geld om boeren te belonen die bijdragen aan een toekomstbestendig, gezond landbouwsysteem? De internationale Dag van de Biodiversiteit is een goede gelegenheid het roer om te gooien.