De week van Plantaardig het Nieuwe Normaal
In het debat rondom de toekomst van ons voedselsysteem is eiwittransitie geen buzzword. De huidige ontwikkelingen bieden echter genoeg haakjes om deze transitie naar meer plantaardig en minder dierlijk in consumptie en productie te versnellen. Denk aan het stikstofdebat, internationale gezondheidsadviezen en economische kansen. In toenemende mate wordt gezien dat de eiwittransitie raakt aan de grote uitdagingen waar we voor staan. Zowel in de landbouw, de natuur, maar ook rondom gezondheid en dierenwelzijn.
Wat kan het bedrijfsleven doen om de eiwittransitie te versnellen? Wat is de rol van de financiële sector hierin? Hoe verhoudt de boer zich tot de weg naar meer plantaardig van eigen bodem en voor humane consumptie? Hoe maken we plantaardig het nieuwe normaal op ons bord? En hoe zorgen we dat een focus op gezondheid niet verloren gaat in de aanpak van en het debat rond de eiwittransitie?
Deze onderwerpen staan centraal tijdens ‘De week van Plantaardig het Nieuwe Normaal’ die de Transitiecoalitie Voedsel (TcV) organiseert. Iedere dag publiceren we plantaardig leesvoer en donderdag 13 oktober is er zelfs live action met 230 aanwezigen bij het Plant the Future Diner. Uiteraard zullen we hier ook een kort filmverslag van maken. Bij ons zal Plantaardig deze week in ieder geval het Nieuwe Normaal zijn!
Van vooral ‘meer plantaardig’…
Ondanks dat de eiwittransitie oorspronkelijk gaat over consumptie – eiwitten zijn een essentiële bouwstof voor ons lichaam – is de aandacht nu vooral gericht op de productiezijde. Met name de economische kansen van het produceren van nieuwe plantaardige eiwitten. Bijvoorbeeld een aantal jaar geleden, met stimuleringsmaatregelen vanuit de overheid t.b.v. innovaties rond plantaardige vervangers.
Langzaam breidde dat uit naar het verkennen van meer plantaardige productie van eigen bodem, voor humane consumptie en voor lokale veevoerstromen. Inmiddels is ingedaald dat een focus op alleen plantaardig niet volstaat. Ook interventies om tot minder dierlijk te komen, zijn nodig.
naar…. Een horizon met minder dierlijk
Dat de enorme veestapel in Nederland samenhangt met de grote uitdagingen van deze tijd, zoals klimaatverandering, de stikstofcrisis, biodiversiteitsverlies en bodemdegradatie, is niet langer een vraag. Het debat gaat nu dan ook niet over óf we onze intensieve veehouderij anders moeten inrichten, maar hoe. Niet voor niets is er bijval vanuit het rapport ‘Remkes’ vanuit de overheid, dat afgelopen donderdag werd gepubliceerd. Hierin wordt gezegd: “De agrarische sector moet voorsorteren op veranderingen van voedingspatronen in de toekomst. De sector moet voorop lopen in de eiwittransitie”. En “De agrarische sector moet werken in lijn met de eisen van klimaat, dierenwelzijn, water, bodem, gezondheid en cultuur.” Dat biedt perspectief om verder te werken aan een (economisch stabiele) positie waarbij meer in lijn met de draagkracht van de aarde wordt geproduceerd, met betere en minder dierlijke productie.
Nederland, Plantaardig Eiwitland
Het economische perspectief van de eiwittransitie wordt nog niet volledig gezien. Dit kan nog veel meer als stuwende kracht van de eiwittransitie worden ingezet; Nederland ís een eiwitland. Die koploperspositie kúnnen we behouden, ook als we minder dierlijk produceren, als we bewegen naar ‘Nederland, plantaardig eiwitland’. Dat wordt ook nog eens benadrukt in het rapport van Remkes. Dat betekent focus verleggen van dierlijke eiwitten naar eiwitten uit plantaardige bronnen. Ook innovatie is op dat vlak niets nieuws voor Nederland.
Innovatie in vervangers
Nederland behoort al tot de koplopers in innovatie rond vervangers voor dierlijke producten. Inmiddels printen en klonen we biefstukken en zijn Those Vegan Cowboys op zoek naar het gen om van gras direct melk en kaas te maken. Tot die tijd zijn er genoeg betaalbare alternatieven, die ook steeds populairder worden. In de laatste twee jaar is de Europese vegamarkt met 49% gegroeid. In Nederland steeg die markt in de laatste 5 jaar met 74%. De grootste stijger, met 400% in de laatste twee jaar, is de kaasvervanger. Deze marktgroei komt niet alleen vanuit de ‘vleesvervangende producenten’. Vleesverwerkers als Vion en Zwanenberg zetten in op plantaardige vervangers voor hun dierlijke producten. Ook partijen vanuit een andere onverwachte hoek zien heil in de eiwittransitie. Zoals het Nederlandse Avebe, ’s werelds grootste aardappelzetmeelfabriek. Zij destilleren eiwitten uit aardappelen voor verschillende toepassingen, zoals … macarons?! Natuurlijk zijn die te proeven tijdens ons eigen Plant the Future diner.
Eiwitrijke gewassen van Nederlandse bodem
Met de aanbeveling van Remkes is een start gemaakt met de Nationale Eiwitstrategie (NES). Deze strategie gaat over de verduurzaming van de Nederlandse eiwitvoorziening en minder afhankelijkheid van importstromen van eiwitrijke grondstoffen zoals soja. Dat betekent o.a. meer veevoer van eigen bodem. De recente Green Deal Eiwitrijke Gewassen, ook wel de Bean Deal, ondertekend door 56 partijen, is de eerste uitwerking hiervan. Het doel? Opschaling van de teelt, verwerking en consumptie van Nederlandse eiwitrijke en hoog stikstofbindende gewassen, waarvan de teelt bijdraagt aan bodem en biodiversiteit. En dat is nodig o.a. voor de zelfvoorzieningsgraad en om de teelt economisch weer aantrekkelijk te maken voor boeren. Want nu moeten Nederlandse akkerbouwers concurreren met goedkoop en vaak minder duurzaam geteeld buitenlands eiwit. Onder andere de recent opgerichte producentenorganisatie Eiwitboeren van Nederland, zetten in op de eiwitrijke gewassen van eigen bodem een succes maken.
Productie EN consumptie
Maar alleen de productiezijde veranderen, is niet genoeg. Zeker niet in een land als Nederland waarin we 75% van wat we produceren exporteren en 75% van wat we consumeren, importeren. Oftewel: het verband tussen consumptie en productie is er amper. Sturing op beide is dus hard nodig. Maar de angst bij politiek en overheid voor het oordeel ‘de overheid betuttelt’ is groot. Die sturing bleef daarom uit. Intussen kampen we met 50% van de Nederlanders met overgewicht, jaarlijks 6 miljard euro aan zorgkosten aan voedsel gerelateerde ziekten, komt slechts 10% van de Nederlanders aan de aanbevolen dagelijkse hoeveelheid groenten en fruit en eten we zo’n anderhalf keer meer vlees dan het aangegeven maximum.
Voedselomgeving
TcV heeft zich de afgelopen jaren ingezet om duidelijk te maken dat de overheid ook niet hóeft te vertellen wat de burger wel of niet mag eten. Want verandering van eetgedrag vraagt vooral om het aanpassen van de voedselomgeving. Dit is immers de belangrijkste bepaler van ons eetgedrag. Oftewel: het aanbod van eten en drinken, de promotie en het straatbeeld is waarop gestuurd dient te worden.
Het Tienpuntenplan naar Plantaardig het Nieuwe Normaal
Eind 2021 kwam TcV daarom met een tienpuntenplan. Hierin staan aanbevelingen hoe de overheid kan inzetten op een duurzamer en gezonder eetpatroon door maatregelen als; restricties op reclame; aanpassingen van regelgeving zodat werkgevers makkelijker in gezonde en duurzame lunches kunnen voorzien; en formuleer een heldere visie zodat het bedrijfsleven een stip op de horizon heeft. Dit laatste is overgenomen door de overheid. In de laatste voedselbrief wordt de doelstelling 50/50 plantaardige/dierlijke eiwitten overgenomen. De volgende stap is het koppelen van concrete doelstellingen daaraan.
Gezamenlijke Actie Agenda Eiwittransitie
Het bedrijfsleven kan zelf een voorzet doen voor concrete doelstellingen. TcV werkt hier in 2022 en 2023 aan door relevante stakeholders uit het bedrijfsleven te mobiliseren hieraan mee te werken. Gezamenlijk willen we tot een Actieagenda Eiwittransitie komen. De eerste stap is een gezamenlijke en overkoepelende visie, vervolgens een sectorspecifieke strategie, met daaraan gekoppeld concrete doelstellingen aan productie- en consumptiezijde. De overheid is hierbij hard nodig voor toezicht op implementatie, monitoring en consequenties bij het uitblijven van resultaten. En voor wet- en regelgeving die zorgt voor ‘de bodem omhoog’, om een nieuwe normaal, te creëren. Denk aan ‘het scharrelen’ dat een minimumeis werd voor de eierproductie.
Betuttelen of vraag creëren
Intussen zit gelukkig niemand stil. Het bedrijfsleven loopt ver vooruit op de politieke werkelijkheid. Stemmen in Den Haag, die pleiten voor een meer plantaardig eetpatroon, krijgen vooral tegengeluid onder het mom ‘we willen de consument niet betuttelen’. Intussen betuttelen de koplopers in de markt de consument al lang en breed richting die nieuwe verhouding eiwitten (vraag creëren). De supermarktschappen breiden hun vega en vegan assortiment uit, de McPlant staat nu definitief op het menu bij McDonalds en horeca opleiding ROC start de opleiding Plant Based Cooking. Ook lokale overheden komen in actie. U heeft het nieuws vast voorbij zien komen “Gemeente Haarlem wil geen vleesreclames meer in de openbare ruimte”.
Samenhang productie & consumptie, duurzaamheid & gezondheid
Al deze ontwikkelingen zijn goed nieuws, maar geen reden om achterover te leunen. Want: het gaat te langzaam. De inzet op duurzame productie van wat we wél zullen eten vraagt om fikse ondersteuning en veranderingen in huidige constructie van subsidies. Gezondheid is niet voldoende onderdeel van de discussie of de inzet rond de eiwittransitie en de relatie tussen productie en consumptie (en tussen beleid van VWS en LNV) wordt niet voldoende gelegd. Die laatste twee zijn nodig om het first time right te doen. Want inzet op eiwittransitie aan de productie- en consumptiezijde, zonder dat gezondheid uitgangspunt of voorwaarde is, is half werk.
Een oplossing die serieuze financiering verdient
Het momentum voor de eiwittransitie én om het first time right te doen, is nu. Om de balans van onze eiwitten te herstellen van de huidige 40/60 verhouding plantaardig/dierlijk naar een 60/40 verhouding, is ook een balans nodig wat betreft de financiële middelen. Er zijn maar weinig interventies die zoveel kansen bieden als de eiwittransitie. Dat verdient dan ook financiering én aandacht die daar waardig aan is.
Natascha Kooiman
Kwartiermaker Eiwittransitie en Voedselomgeving
In gesprekken met de betrokken beleidsambtenaren, politici, de sector en aan de Klimaattafel Voedsel, brengen we de noodzakelijke samenhang tussen visie, concrete maatregelen en beleidsinstrumenten onder de aandacht. Ook doen we concrete voorstellen hoe dit kan worden gerealiseerd.
Zie daarvoor o.a. onze website https://transitiecoalitievoedsel.nl/plantaardig-het-nieuwe-normaal/
https://transitiecoalitievoedsel.nl/portfolio/minder-dierlijk-meer-plantaardig/