8 mei 2023, door Jeen Akkerman
De wereldwijd afnemende biodiversiteit is een grote bedreiging voor de planeet, die nog versneld wordt door klimaatverandering. Daarom is nu actie nodig: een ander dieet en de landbouw overschakelen op natuurvriendelijke methoden, zodat er weer ruimte komt voor soortenrijkdom in plaats van monocultuur. We gaan met een ander dieet ook minder beslag leggen op grote arealen landbouwgrond buiten Nederland.
Voor Marjan Minnesma, oprichter en directeur van Stichting Urgenda, heeft voeding en landbouw een hoge prioriteit – naast energie, bouw en mobiliteit. Haar organisatie, die als motto ‘samen sneller duurzaam’ heeft, besteedt in toenemende mate aandacht aan de agrarische wereld.
“Iedereen kent ons van de rechtszaak waarmee we de Nederlandse overheid hebben gedwongen om meer werk te maken van het terugdringen van de CO2 uitstoot door fossiele energie. Maar de teruggang van de biodiversiteit is een even grote bedreiging. Daarom besteden we daar al vele jaren steeds meer tijd en aandacht aan.”
Uitstervingsgolf
Hoe ernstig is het? “Wetenschappers spreken over de zesde uitstervingsgolf. Sinds 1900 zijn de meeste soorten in aantal sterk afgenomen. Of het nu gaat om dieren, planten of micro-organismen. Dat verontrust niet alleen liefhebbers van natuur: wetenschappers waarschuwen dat het ook de basis van ons bestaan bedreigt. De natuur levert ook ons eten, medicijnen, grondstoffen en plezier. Soortenrijkdom is essentieel voor het behoud van natuurlijke evenwichten. We zijn te ver doorgeschoten met het negeren van de natuur en dat gaat uiteindelijk ook ten koste van de landbouw zelf”, aldus Minnesma. “Onze voedselvoorziening is tenslotte voor een groot deel afhankelijk van bestuivende insecten en een gezonde bodem met veel bodemleven”.
Eetpatroon
Om dit te stoppen zal volgens Urgenda het Westerse eetpatroon veranderen. De huidige verhouding van 70% dierlijk eiwit en 30 procent plantaardig in ons voedsel, zal omdraaien. Er is dan ook veel minder vee nodig, zeker in Nederland. “Dat lost niet alleen in Nederland veel milieuproblemen op. Het behoudt ook bossen in Zuid-Amerika, die we kapten voor het telen van soja. Import van soja uit Zuid-Amerika voor veevoer is dan niet meer nodig. We hebben dan minder landbouwgrond uit andere landen nodig, wel zo eerlijk.”
Veestapel
De omvang van de veestapel moet worden afgestemd op de hoeveelheid veevoer die beschikbaar is in de vorm van reststromen uit de voedingsindustrie en gras afkomstig van gronden waar we geen voedsel voor mensen kunnen verbouwen. Deze gronden worden dan extensief beheerd, om de natuur voldoende ruimte te geven. De opbrengst in de vorm van gras wordt benut door melkvee dat een groot deel van het jaar in de wei loopt.
De mest van het vee benutten we dan geheel voor de teelt van onder andere aardappelen, groenten en fruit. Zo zal ook de plantaardige sector flink veranderen. We gaan naar veel meer voedselbossen, waar productie van voedsel een resultante is van de symbiose van diverse (boom)soorten, een rijk bodemleven en een grote diversiteit aan insecten. Strokenteelt vervangt de grootschalige monocultuur van de huidige akkerbouw. Het zorgt voor natuurlijke gewasbescherming, minder uitputting van de bodem en schoner water. Voor de voedselproductie is en blijft veel land nodig. Maar daarnaast zijn wij nu aan het bekijken, hoeveel ruimte er beschikbaar is voor de ‘biobased economie’: waar kunnen we inzetten op de teelt van plantaardige componenten in bouwmaterialen, zoals lisdodde, hennep en olifantsgras.
Nieuw verdienmodel
Een dergelijke verandering gaat ten koste van de omvang van de agrarische sector, van het aantal boerenbedrijven en van de (export)bijdrage aan de nationale economie, zo zeggen critici. Volgens Minnesma is dat niet per definitie het geval. Urgenda streeft naar meer boeren met minder dieren en meer gewassen.
“Boeren moeten wel beloond worden voor de zogenaamde eco-systeemdiensten zoals meer natuur, schoon water, CO2-opslag, enzovoort. Dat kan wellicht uit een belasting op ongezonde voeding. De landbouwsector zal even belangrijk blijven. De boer krijgt nieuwe mogelijkheden en bouwstenen voor een nieuw verdienmodel.”
Gezonder voedsel
Nederland kan volgens Minnesma als landbouwnatie internationaal voorop blijven lopen. “Wij kunnen laten zien hoe je voedsel produceert met een vorm van landbouw die de natuur niet uitput, maar juist versterkt. En als dat al tot minder omzet en export leidt, is dat effect sowieso minder negatief dan doorgaan op de weg die we tot nu toe hebben bewandeld.” Ze voegt eraan toe dat voedsel dat gezonder en met minder gif is geproduceerd de kosten van de zorg sterk kan verminderen. “Kijk maar naar de stijging van het aantal gevallen van Parkinson bij ouderen dat gerelateerd lijkt aan het gebruik van landbouwgif en chronische ziekten zoals diabetes 2 bij jongeren als gevolg van een eenzijdig ongezond dieet.”
Vast in systeem
Hoe komen we uit op de gewenste natuur-inclusieve landbouw die Minnesma voor ogen heeft? Allereerst door niet de boeren de schuld te geven van de huidige malaise. Minnesma benadrukt dat de huidige situatie in vele gevallen niet de schuld is van boeren. “Zij zitten vast in een systeem waar lage voedselprijzen bepalend zijn en zowel Europa als de bank onmogelijke en vaak onduurzame eisen stellen. Veel boeren weten dat het een heilloze weg is, maar ze zien nog geen duidelijk nieuw perspectief.” Ze raadt vooral jonge boeren aan om zich wel open te stellen voor verandering. Niet alleen omdat het onontkoombaar is, maar ook omdat de overheid nu veel geld beschikbaar stelt en we nu de kans hebben om het roer om te gooien.
Initiatieven
“Ik zie gelukkig wel steeds meer initiatieven van boeren die het anders gaan doen, vaak in samenwerking met andere groepen in de samenleving.” Urgenda ondersteunt in dit kader Caring Farmers, een groep van enkele honderden boeren die samen met veeartsen en artsen (Caring Vets en Caring Doctors) pleiten voor een snellere transitie naar een natuurinclusieve en diervriendelijkere landbouw.
“Dit is wat ons betreft de voorhoede, die steun verdient. En zolang overheden en banken dat niet of onvoldoende doen, komen wij in actie.”
Urgenda helpt ook boeren direct met het verduurzamen want veel subsidies komen bij adviseurs terecht, terwijl je beter direct de boer kunt vragen wat hij/zij nodig heeft. Zo heeft Urgenda met de campagne Meer Bomen Nu al 1,6 miljoen bomen en struiken weggegeven. Een derde van die bomen belandde gratis bij boeren.
Een andere initiatief van Urgenda is 1001ha.nl, een crowdfundingactie voor meer kruidenrijk grasland op melkveebedrijven, in samenwerking met LTO Nederland. Hiermee kunnen veehouders kruidenrijke grasmengsels bijna de helft goedkoper aanschaffen op basis van donaties van particulieren, provincies, Rijk, bedrijven en gemeenten. Inmiddels deden al 1000 veehouders eraan mee. Urgenda neemt al het werk uit handen, boeren hoeven alleen te bestellen en krijgen hulp indien nodig. “Driekwart van hen is enthousiast en gaat ermee door en dat betekent dat zij 80% minder kunstmest gaan gebruiken op die percelen”, vertelt Minnesma. Behalve melkveehouders, helpt haar organisatie nu ook akkerbouwers aan soortenrijke groenbemestermengsels met korting.
Overheidsvisie?
Volgens Minnesma laat het ook zien dat het de hoogste tijd is voor een duidelijke visie en ambitie van de overheid. “De regering moet de boeren die willen veranderen helpen. Maar de kabinetten van de laatste decennia hebben alle problemen voor zich uit geschoven, zeker ook de noodzakelijke aanpassing van landbouw en voeding. En zelfs nu alles op slot komt te zitten omdat zaken juridisch onhaalbaar blijken, worden er nog steeds geen duidelijke keuzes gemaakt. Mijn indruk is dat boeren ook liever een duidelijk beleid willen waar ze hun bedrijven op kunnen bouwen, ook al gaat dat voor een deel ten koste van de gevestigde praktijk. Dat is altijd beter dan elk probleem met weer nieuw beleid en nieuwe regeltjes proberen op te lossen. Want daardoor zitten boeren nu vast in verboden en onmogelijkheden. Kies voor de natuur, dat is beter voor ons allemaal. En help boeren die uit de rat-race willen stappen van altijd maar groter en intensiever werken. Help de boeren die willen veranderen en maak het mogelijk. Het kan!”
LANDBOUW & VOEDSEL IN 2040
volgens Marjan Minnesma
- afname biodiversiteit is omgezet in herstel
- we eten minder vlees en meer plantaardig
- gezondere voeding verlaagt zorgkosten
- veestapel is veel kleiner
- boeren werken natuur-inclusief
“Boeren zitten nu vast in verboden en onmogelijkheden”
Dit artikel is onderdeel van de reeks ‘Woordvoerders van de Toekomst’, die we met MaatschapWij en Jeen Akkerman maken en die mede mogelijk is gemaakt door het programma Duurzaam Door. Samen zetten we de visionairs die vooruit kijken én die nu al werken aan een gezonder voedsel- en landbouwsysteem in de spotlights. Lees ook het verhaal van Lucas Simons, Peter Oosterhof, Jannemarie de Jonge, Drees Peter van den Bosch, Dalila Sayd, Bregje Hamelynck en Geert van der Veer of lees hier het verhaal van Frederike Praasterink.