Skip to main content
Nieuws

Zoektocht naar kaas uit een regeneratief polderlandschap

Geschreven door 8 juni 2023No Comments

Joost (rechts) en zijn vader Jan van Schie

8 juni 2023 door Jeen Akkerman


Ga uit van de bijzondere kenmerken die een gebied heeft. Werk met de natuur mee en creëer zo de basis voor voedsel met toegevoegde waarde en unieke diensten. Betrek bij je aanpak anderen die je kunnen helpen en die ook de meerwaarde van ‘de regeneratieve polder’ zien. Zo ontstaat een nieuw verdienmodel.

Joost van Schie heeft een droom. In 2040 is zijn boerderij, die hij nu in maatschap met zijn vader Jan bestiert, het hart van een regeneratief polderlandschap dat bijzondere kaas voortbrengt. De weg daar naartoe is lang, soms bochtig en vol met uitdagingen en verrassingen. Voor Joost is dat juist een extra stimulans, hij is niet zo van de gebaande paden.

Biologisch

Dat laatste was ook al het geval bij zijn ouders, die de traditionele boerderij waar sinds jaar en dag zelf kaas wordt gemaakt, al in de vorige eeuw omvormden tot een biologisch bedrijf. “Daar hebben ze het lang over gehad, maar uiteindelijk was het geen grote beslissing, ze groeiden er als het ware langzaam naar toe”, aldus Joost.

In die tijd was hij zelf niet echt met de boerderij bezig. Hij herinnert zich dat hij op twaalfjarige leeftijd aan tafel zat met het gezin. “Aan de ene kant zag je de stal met de koeien. Mijn hoofd draaide steeds de andere kant op, waar je over het water de rest van de wereld zag, die wilde ik liever ontdekken.”

Over het water is letterlijk te nemen. De boerderij, met de romantische naam De Eenzaamheid, ligt op een eiland bij Warmond (ZH). Je kunt er alleen over water komen. Joost pikt ons op met een klein motorbootje en we varen naar het erf. Langs een grote pont die naast de boerderij ligt aangemeerd. “Die is voor het overzetten van kaas, vee en machines”, licht de jonge boer toe.

Hoge kosten

Het is, om het zacht uit te drukken, geen standaard situatie en al helemaal geen plek waar je volgens gangbare normen vooruit kunt. Bedrijfsvergroting is lastig (er zit nog één andere boerderij op het eiland), de veenweidegrond (klei op veen) is niet erg draagkrachtig en de ontsluiting is niet alleen bijzonder, maar ook kostenverhogend. Joost ziet dat zelf heel scherp. Hij vertrok na de middelbare school naar Amsterdam, studeerde af in de economie en werkte jarenlang met succes voor grote ondernemingen.

“We ontwikkelden duurzame producten en diensten, vanuit de gedachte dat nieuwe verdienmodellen nodig zijn nu we inzien dat we de planeet niet eindeloos kunnen belasten.”

Mooi werk, een goed inkomen en veel van de wereld zien. Toch begon het te knagen bij Joost. Die plek waar hij was opgegroeid, wat ging daar mee gebeuren? Zou het bedrijf van zijn ouders uiteindelijk verdwijnen? Of… zou het mogelijk zijn om ook hier, net als bij zijn corporate opdrachtgevers, een nieuwe basis voor een verdienmodel te ontwikkelen? Een soort ‘business development’ in de polder.

Route Regeneratief 2040

Hij verdiepte zich in de vele aspecten die regeneratieve landbouw in zich heeft, sprak met vrienden en andere boeren die nieuwe wegen zoeken en hakte in 2020 de knoop door. Hij verhuisde terug naar de polder en onderzocht samen met experts op het gebied van landschap, water, ecologie en bedrijfskunde wat regeneratieve landbouw betekent op de 45 hectare grasland en 25 hectare natuurland die bij de boerderij hoort. Daarop grazen nu 50 Montbeliarde melkkoeien. Die geven melk met ongeveer evenveel vet als eiwit, een mooie basis om goede kaas van te maken.

De belangrijkste inzichten die Joost opdeed zijn:

  • Dat begrazing met melkkoeien in combinatie met vooruitstrevend water-, natuur-, en weidevogelbeer tot hoge natuurlijke waarde leidt;
  • Dat voor een rendabele bedrijfvoering zowel meer waarde per liter melk als minder afhankelijkheid van liters melk moet worden gerealiseerd;
  • Dat het reilen en zeilen op de boerderij niet primair door één familie, maar door een team moet worden gedragen.

Stal en kaasmakerij

Hij laat de stallen voor het vee zien. Die zijn oud en aan vervanging toe.

“We zijn bezig een bouwvergunning te krijgen voor een nieuwe stal en kaasmakerij, die een betere plek is voor de dieren en waar we urine en mest gescheiden kunnen opvangen. Vaste mest is veel beter voor onze grond en voor de weidevogels.”

Het bouwen van de nieuwe stal is een grote investering. Er moet flink worden geheid om verzakking te voorkomen. En alle materialen moeten per boot worden aangevoerd. “Het betekent veel investeren, terwijl we niet super efficiënt of grootschalig kunnen boeren. Daarbij komt dat mijn vader het over een aantal jaren rustiger aan gaat doen en we daar zeker 2 FTE arbeid voor in de plaats moeten regelen. Onze uitdaging is om duurzamer te verdienen om duurzamer te kunnen boeren”, vat Joost de situatie bondig samen. Een goede balans in afzet via korte en lange keten en een extra neventak op het gebied van recreatie of eductie zijn waarschijnlijk noodzakelijk.

Geen recept

Een extra uitdaging is dat er geen kant-en-klaar recept is voor de bedrijfsvoering die Joost nastreeft. Hij kan niet de voerleverancier om advies voor de voeding van zijn koeien vragen, omdat hij geen snijmaïs of exotische grondstoffen aan zijn koeien geeft. “Dat bederft de smaak van onze kaas, dus daar beginnen we niet aan.” Ook voor het beheer van zijn land is er geen eenduidig advies dat hij kan volgen. “We werken met het waterschap en Deltares samen om uit te vinden hoe we de polder het best kunnen beheren, zodat we de biodiversiteit vergroten, de waterkwaliteit verbeteren en de CO2 in het veenpakket vasthouden. Voor dat laatste hebben we verschillende opties in kaart gebracht en een experiment gedaan met zomers inunderen van het land. Komend jaar komt er een volgend experiment op grotere schaal, want er zijn eigenlijk geen voorbeelden die we kunnen navolgen.”

Oogst

Om zijn kaas alvast extra onder de aandacht te brengen bij consumenten in de regio, startte Joost onlangs zijn eigen Oogst-winkel in Leiden. Het is een franchise-formule waarbij een lokale boer zijn eigen winkel runt. Naast de winkel in Leiden van Joost is er inmiddels ook een vestiging in Woerden van boerin Ramona. Uniek aan het concept, met als belofte ‘Goed eten van dichtbij’, is dat de producten naast lekker en gezond, ook duurzaam én lokaal geproduceerd zijn en dat er geen personeel in de winkel aanwezig is. Consumenten kunnen via een app de winkeldeur openen, hun producten kiezen en afrekenen. “Ja, dat gaat goed. Natuurlijk loop je het risico dat mensen spullen meenemen zonder te betalen, maar dat gebeurt tot nu toe niet. De meeste mensen deugen”, vertelt Joost.

Technologie

Uit het winkel-voorbeeld blijkt dat Joost niet vies is van moderne technologie. “Ik denk dat er ook mogelijkheden zijn om met lichtere machines op onze grond de werkzaamheden uit te voeren. Of we kunnen drones inzetten om de weidevogels te monitoren. Daar sta ik zeker voor open, regeneratieve landbouw is niet terug naar Ot en Sien. Ik wil alle mogelijkheden benutten om ons bedrijf een nieuwe toekomst te geven op basis van wat de natuur ons hier biedt.”
Daarbij kan hij als ondernemer hulp gebruiken van allerlei instanties, maar het belangrijkst is volgens Joost dat overheden de juiste keuzes maken. “Het Rijk moet in het beleid de positie van boeren die met de natuur werken honoreren. Ze hoeven alleen maar de aanbevelingen in het Groenboerenplan over te nemen en we maken een grote stap voorwaarts.” En ook provincies en gemeenten kunnen hun steentje bijdragen door regeneratieve landbouw de ruimte te geven.

Minder obstakels en een duidelijke keuze voor boeren met de natuur. Eigenlijk is dat alles wat Joost van Schie vraagt. Dan kan hij iets eenvoudiger zijn zoektocht naar die bijzondere kaas uit dat unieke polderlandschap volbrengen. Samen met anderen die ook ervaren dat je hiermee bijdraagt aan een beter leven met ruimte voor de natuur en gezond voedsel. Als dat lukt, is dan de naam De Eenzaamheid voor de boerderij nog wel toepasselijk, zo vragen we Joost. Hij kijkt even over het water, draait zich om en zegt:

“Misschien kunnen we vier letters weghalen, dan is het De Eenheid.”


Dit artikel is onderdeel van de reeks ‘Woordvoerders van de Toekomst’, die we met MaatschapWij en Jeen Akkerman maken en die mede mogelijk is gemaakt door het programma Duurzaam DoorSamen zetten we de visionairs die vooruit kijken én die nu al werken aan een gezonder voedsel- en landbouwsysteem in de spotlights. Lees ook het verhaal van Mark Venner, Krijn Poppe, Anne van Leeuwen, Marjan Minnesma, Lucas Simons, Peter Oosterhof, Jannemarie de Jonge, Drees Peter van den Bosch, Dalila Sayd, Bregje Hamelynck en Geert van der Veer of lees hier het verhaal van Frederike Praasterink.